Start Omhoog

Vaticaan te bang voor seksualiteit

Door Jan ter Laak, medewerker Nederlands Helsinki Comité

Wegener Dagbladen, 13 april 2001

Opnieuw haalt de Rooms-katholieke Kerk wereldwijd de krantenkoppen met het onderwerp seksualiteit. Katholieken voelen zich beschaamd dat hun Kerk zo vaak alleen op deze wijze in het nieuws is en vragen zich af wanneer nu eindelijk op het onderwerp seksualiteit vernieuwing zal plaatsvinden. In het verlengde van de kwestie vind ik meer spreiding van de macht van het Vaticaan noodzakelijk.

Priesters die kloosterzusters tot seks dwingen en zwanger maken. Het Vaticaan reageert door te zeggen dat het probleem bekend is, maar zich beperkt tot Afrika. Schokkend is dat de priesters de kloosterzusters overhalen met het argument dat zij daardoor niet naar andere vrouwen hoeven te gaan door wie ze de ziekte aids kunnen oplopen.

Beschaamde katholieken vragen zich af wanneer nu eindelijk op het onderwerp seksualiteit vernieuwing zal plaatsvinden. Een bij de tijd brengen van de kerkgemeenschap zoals paus Johannes XXIII door het samenroepen van het Tweede Vaticaans Concilie op diverse andere terreinen in de jaren zestig heeft gedaan, is hoognodig. Een bespreking van het onderwerp in een speciale bisschoppensynode zoals bisschop Muskens voorstaat zou een eerste stap kunnen zijn.

Er is echter een wereldwijde bezinning in de gehele Katholieke Kerk nodig waaraan alle geledingen van de katholieke gemeenschap, maar ook theologen en andere deskundigen dienen deel te nemen. Een bezinning die de Katholieke Kerk samen met andere christelijke kerken en liefst ook met vertegenwoordigers uit andere wereldgodsdiensten zou moeten voeren. De positieve boodschap van het gebeuren zou moeten zijn dat seksualiteit en liefde bij elkaar horen. In deze geest zouden kerken en godsdiensten een effectieve tegenstroom kunnen worden tegen commerciële exploitatie van seksualiteit die in vrouwenhandel zo'n perverse vorm heeft gekregen.

De goede boodschap dat seksualiteit en liefde bij elkaar horen, wordt op dit moment in de Katholieke Kerk echter overstemd en verdrongen door de andere koppeling, namelijk dat seksualiteit allereerst en voornamelijk op voortplanting gericht hoort te zijn. De Kerk baseert dit inzicht op het mistige begrip natuurwet, waardoor er voor veranderende culturele inzichten op het gebied van seksualiteit weinig plaats is.

En dat leidt tot het absolute verbod van voorbehoedsmiddelen, zelfs in situaties van HIV-geïnfecteerden en aids-patiënten. Liefde tussen twee mannen of twee vrouwen, uitgedrukt in een seksuele relatie, is daarom ongeoorloofd want seksualiteit hoort gericht te zijn op het krijgen van kinderen. Dat liefde ook in vele andere vormen voor de mens vruchtbaar kan zijn, wordt niet verkondigd.

Het vasthouden aan deze eenzijdige koppeling van seksualiteit en voortplanting komt ook voort uit angst de seksuele verlangens niet onder controle te kunnen houden, zowel in het persoonlijk leven als in heel de kerkgemeenschap. In die gedachtegang wordt het afzien van iedere seksuele relatie voor de mens als een hoger goed gezien en niet als een vrije keuze die sommigen om persoonlijke redenen kunnen maken. Vandaar de krampachtigheid waarmee de R.K. Kerk, zeker onder leiding van de huidige paus, vasthoudt aan het verplichte celibaat voor priesters.

Daardoor moeten tienduizenden jonge mensen in het verlangen priester te worden op veel te jonge leeftijd beloven zich van seksualiteit te onthouden en wordt hun de mogelijkheid van een normale seksuele ontwikkeling onthouden. Ontsporingen op latere leeftijd liggen dan voor de hand. Kloosterordes en bisdommen, met name in de Verenigde Staten en Canada, gaan failliet omdat priesters worden aangeklaagd voor seksueel misbruik en veroordeeld tot het betalen van grote financiële bedragen. En ligt aan de uitsluiting van vrouwen ook niet eerder deze angst voor seksualiteit ten grondslag dan bijbelse argumenten?

In Nederland heeft, mede dankzij de heilzame invloed van de protestantse kerken en van de wereldlijke samenleving, bij de grote meerderheid van de katholieken, priesters en leken, zich een verandering op het gebied van seksualiteit voltrokken. Niet dankzij, maar ondanks de Nederlandse bisschoppen. Zij zitten gevangen in de verkrampte aanpak van het Vaticaan. Er zijn sterke aanwijzingen dat het Vaticaan van alle kandidaten voor het bisschopsambt eist dat zij zich schriftelijk akkoord verklaren met de standpunten van de Katholieke Kerk op het punt van seksualiteit en beloven daarover publiekelijk geen afwijkende meningen te zullen uiten.

In Nederland en vermoedelijk ook in andere landen hebben vele priesters een liefdesrelatie ontwikkeld en bestaat er een stille consensus bij de meerderheid van de katholieken om de bisschoppen hiervan zo min mogelijk te laten weten. Wat niet weet, wat niet deert. Pas wanneer er een schandaal dreigt, wordt er ingegrepen. Hoezeer priesters en pastorale werkers anders denken dan de bisschoppen, blijkt ook uit het feit dat volgens een enquête van de Gay-krant een duidelijke meerderheid van alle pastores bereid is een zegen uit te spreken over een homo- of lesbopaar.

Derde Wereld

De Katholieke Kerk groeit in landen van de Derde Wereld en is daar vaak een machtig instituut. Ambtsdrager worden in dit instituut betekent een aanzienlijke stijging op de sociale ladder. Hoezeer ook het afzien van seksualiteit ook ingaat tegen hun culturele tradities, jonge priesters nemen het celibaat op de koop toe, want er staat zoveel tegenover, ook voor de gehele familie. Maar omdat het geen werkelijk vrije keuze is, ontstaan de misstanden waar de kranten wereldwijd afgelopen week over berichtten

Zeker op het punt van seksualiteit zijn de culturele verschillen in de wereld heel groot. Een kerk in Afrika verkeert in een andere situatie dan die in Europa en Noord-Amerika. En de machocultuur van Latijns-Amerika wijkt weer in hoge mate af van de wijze waarop in Azië met seksualiteit wordt omgegaan. De broodnodige bezinning op seksualiteit in de grote Katholieke Kerk van bijna een miljard gelovigen, zal geen uniform patroon kunnen volgen. Naast de ingrijpende verandering in het denken over seksualiteit zou het afzien van een centralistisch kerkmodel nog wel een grotere revolutie kunnen zijn, want dat betekent het afzien van macht.

 

Start Omhoog