Start Omhoog

Citaten uit

Het gesprek van de religies

Peter Henk Steenhuis, Trouw, Theologisch Elftal, 6 juni 2007

Manuela Kalsky is directeur van het Dominicaans studiecentrum en warm voorstander van het vervagen van godsdienstige grenzen., Matthias Smalbrugge is predikant en auteur. De Aerdenhoutse godgeleerde heeft weinig op met ’behaaglijk begripvol praten’.

In de Utrechtse Janskerk vond op tweede Pinksterdag een ’interreligieus’ feest plaats. De kerk was vol, 320 mensen kwamen er op af. Vooral christenen, dat wel. Een van de organisatoren was de theologe Manuela Kalsky van de website Reliflex. 

„Wij proberen een religieuze flexibiliteit te bevorderen en de ramen open te zetten voor andere geloven. Dat is nodig. Door 11 september, de moord op Pim Fortuyn en op Theo van Gogh zijn we bang geworden. Die angst heeft ervoor gezorgd dat we ons terugtrekken op eigen erf, daar achten we ons veilig. Het is niet goed je door angst te laten leiden. We moeten onze zekerheden niet meer willen halen uit een ouderwetse, statische identiteit. We hebben een vloeibare identiteit nodig.”

Wat is dat? 

„Dat is een identiteit die niet langer een vijand nodig heeft om zichzelf te bepalen. Het ’of/of denken’ verdwijnt naar de achtergrond, het gaat nu veel meer om ’en/en’, om een identiteit die bewegelijk en veranderlijk is door de ontmoeting met de ander. Zo’n ontmoeting hadden we bij onze interreligieuze feestdag op het oog. We hebben iedereen gevraagd een ’heilige’ tekst mee te nemen. Een tekst uit je eigen religieuze traditie die je inspireert en die mede vorm en richting geeft aan je dagelijks leven.”

„Ik ben niet per se tegen zo’n interreligieuze dialoog”, reageert Matthias Smalbrugge, publicist en predikant in Aerdenhout. 

„Maar er zijn wel een paar kanttekeningen bij te plaatsen. Een interreligieuze dialoog is een bezigheid voor bevoorrechte en vrijgevochten westerlingen. Dat zag je ook aan die bijeenkomst in Utrecht, de aanwezigen hadden hoofdzakelijk een christelijke achtergrond. En wat levert zo’n dialoog op? Er treedt een witwaseffect op, je poetst de verschillen weg. Eén grote behoefte aan symbiose. We kunnen wel zeggen dat we allemaal in één God geloven, maar wat zegt dat? Die God komt tot ons in beelden en woorden van een bepaalde cultuur. Die specifieke woorden en beelden wegen dus zeer zwaar.”

Juist omdat die beelden zo zwaar wegen, moeten we in Nederland met elkaar in dialoog gaan, meent Kalsky. 

„Het een illusie dat we ons nog kunnen terugtrekken op eigen erf."
[...] 

[... ...] 

„Er ís geen eenduidige identiteit meer. Sommige mensen hebben zelfs al meerdere religieuze identiteiten. Of we het nu leuk vinden of niet, we leven in een multireligieuze samenleving. Die is een feit.”

 

[...] Smalbrugge: [...]

"Misschien moet onze identiteit wel helemaal op de helling gezet worden. De historicus Johan Huizinga schreef in de Tweede Wereldoorlog al dat we toe moeten naar een herdefiniëring van het christendom. Vaststaande begrippen als kruisdood, zonde, genade – ze werken allemaal niet meer, schrijft hij. Wij dienen een paradigmawisseling tot stand te brengen. Wij moeten gewoon ons huiswerk doen en niet vluchten naar voren in een behaaglijk feest van herkenning.”

Zo’n grondige herziening van oude, vaststaande begrippen lijkt het juiste moment je ideeën te toetsen aan andere godsdiensten. Smalbrugge: 

„Geef mij een tekst van de Chinese filosoof Confucius. Denk je werkelijk dat ik enig begrip heb van wat die woorden, die beelden, die cultuur mij aandragen? Nee, natuurlijk. 
[...] 
Werkelijk begrip heb ik alleen van de beelden van de eigen cultuur, daar ben ik in groot geworden. 
Het is zinnig die paradigmawisseling bínnen het christendom tot stand te brengen. De shift naar ’anders’, ’aanvullend’, ’tegensprekend’ enzovoort moet je eerst in eigen huis tot stand brengen. 
Voorbeeld: in het oude Egyptische, gnostische christendom komt de kruisdood helemaal niet voor. Het christendom dat wij kennen is het christendom van de overwinnaars, zij schreven de geschiedenis. We moeten ons afvragen of ideeën die verloren zijn gegaan eigenlijk niet veel bruikbaarder zijn. 
[...]”

Manuela Kalsky: 

„De interreligieuze dialoog moet wat mij betreft beginnen bij het dagelijkse leven van mensen, niet bij begrippen en leerstellingen uit de verschillende religieuze tradities. Wij hebben op zo’n middag een ontmoeting met 320 mensen. Is het dan nodig om allerlei zware, cultuurfilosofische problemen uit het begin van onze jaartelling op tafel te leggen? Wij kozen voor een speelse, lichtvoetige aanpak en probeerden ervoor te waken elkaar in allerlei verdomhoekjes te plaatsen.”

[...] 

„We proberen één middag werkelijk te luisteren naar het verhaal van een ander, zonder onmiddellijk het mes op tafel te leggen. We vroegen elkaar: Wat vind jíj belangrijk? Hoe voed jíj je kinderen op? Waar loop jíj tegenaan? Zo leer je elkaar begrijpen.”

[...] 

„Als [...] het zo is dat we in een multiculturele samenleving leven, lijkt me dat alleen maar reden snel veel meer van dit soort dagen te organiseren.”

Start Omhoog