Start Omhoog

Citaten uit

’Help de islam zich te wortelen in Nederland’

Cees van der Laan, Trouw 14 juli 2007

Ella Vogelaar heeft als minister van integratie de taak om de kloof tussen moslims en andere Nederlanders te verkleinen. Samen met de Italiaanse minister van binnenlandse zaken Giuliano Amato woonde ze deze week in Rome een seminar over de islam en integratie bij. Na afloop sprak Trouw met haar.

[... ... ...]

Critici beschuldigen u van multiculturalisme. U zou alle culturen gelijkwaardig achten, terwijl in de islamitische cultuur vrouwen onderdrukt worden? Aanleiding was onder andere dat u de boerka niet wilde verbieden.

„Beelden hè, die bestaan over heel veel mensen, dus ook over mij. Ik was koud acht uur minister toen mij de vraag werd gesteld. Voor mij is het een symbool van onderdrukking van vrouwen, maar juridisch ligt het ingewikkeld. Een algemeen verbod tegen de boerka is in strijd met een aantal grondrechten. Dat blijkt ook uit het advies dat het vorige kabinet naar de Tweede Kamer stuurde.”

,,Toen de ophef ontstond dacht ik: wat gebeurt hier? Al die e-mails die ik kreeg, de media die erop sprongen. De ophef over de boerka staat niet op zichzelf. Het gaat breder en dieper, er heerst angst voor de islam, luidde mijn conclusie. Dat heeft volgens mij heel erg te maken met het idee dat islam-fundamentalisme terrorisme is. Dat tritsje wordt dan gemaakt. Nou ja, dat heeft mij tot de gedachte gebracht: daar moeten we iets mee. Er wonen een miljoen moslims in Nederland en het is daarmee een grote godsdienstige stroming in de Nederlandse samenleving. Dan is het ontzettend belangrijk het beeld van die trits te nuanceren. Om duidelijk te maken dat het voor 95 procent van de moslims niet geldt. Ik wil een einde maken aan het negativisme en angst voor de islam, juist omdat moslims ook burgers zijn van dit land.”

[... ...]

Uw voorganger, Rita Verdonk, maakte een hoop kabaal toen ze geen hand kreeg van een Haagse imam. Hoe zou u gereageerd hebben?

„Ik zou er minder kabaal over maken en het anders aanpakken, ik zou het bespreekbaar maken. Het is mij overigens ook overkomen. Het gebeurde bij één van de bezoeken aan de veertig wijken, aan Bos en Lommer in Amsterdam. Een van de Marokkaanse jongens zei: ’Sorry, ik mag u geen hand geven van mijn geloof.’ Hij was net in Mekka geweest. Nou dat doet wel wat met mij, daar had ik dubbele gevoelens over.”

„Later kwamen we er in het gesprek op terug. Aan de ene kant was ik blij dat hij het uitlegde, maar aan de andere kant voelde ik mij afgewezen. Het werd toen even een serieus incident, omdat ik de discussie aanging. Een andere jongen vertelde: ’Over het handen geven wordt verschillend gedacht. Ik ben ook in Mekka geweest, maar ik geef u wel een hand.’’’

„Het bijzondere was dat dit gebeurde in een kleine ruimte, waar boven de jongen die mij geen hand wilde geven een affiche hing van een vrouw met een half ontbloot bovenlichaam. Eén borst was te zien. Ik dacht: dit is dus de Nederlandse samenleving, deze werkelijkheden bestaan allebei. De jongen en de blote mevrouw op het affiche, ik vond het een prachtig symbool van onze samenleving en dat moeten we ook onder ogen zien.”

[... ... ...]

Uw voorganger, minister Verdonk, wilde als minister van integratie het debat aanjagen, onderwerpen op de politieke agenda krijgen. Hoe ziet u uw positie?

„Ik ben vooral van de handjes laten wapperen. Zorgen dat zaken tot stand worden gebracht en verbeteren waar ik dat nodig acht. Maar als het gaat om de positie van de islam en moslims in de Nederlandse samenleving, dan vind ik het de moeite waard dat te agenderen.”

U wilt opkomen voor de moslims?

„Ik denk niet in termen van opkomen voor de moslims, maar in termen van feiten onder ogen zien. De islam is één van de grote godsdienstige stromingen in Nederland, moslims zullen hier niet meer weggaan. Er zullen eerder meer moslims bijkomen. Ik wil helpen dat ze zich hier thuis voelen, islam en moslims moeten zich hier kunnen wortelen.”

Wat bedoelt u daarmee?

„Nederland is een samenleving die gevormd is op basis van joods-christelijke tradities. Dat zijn onze wortels. Als je ervan uit gaat dat een substantiële bevolkingsgroep andere tradities, een andere religie, brengt, dan zie ik dat als een wederzijds proces. Enerzijds zal de islam door de Europese cultuur en tradities beïnvloed worden en niet hetzelfde blijven. Anderzijds is het belangrijk dat zo’n grote groep zich wortelt in onze samenleving, er een onlosmakelijk onderdeel van wordt. Eeuwen geleden kwam de Joodse gemeenschap naar Nederland en nu zeggen we: Nederland is een land gevormd door joods-christelijke tradities. En ik kan me voorstellen dat we een vergelijkbaar proces krijgen met de islam.”

We zullen ooit zeggen: Nederland is een land van joods-christelijke-islamitische tradities?

„Ja, dat kan ik me voorstellen, maar daar gaan wel een paar eeuwen overheen.”

Daarmee zegt u ook: we zullen met de rafelige kanten van de islam, fundamentalisme, leren leven en accepteren?

„Ja, maar binnen het protestantisme en katholicisme zijn ook stromingen waarbij ik af en toe mijn wenkbrauwen frons en vast moet stellen dat dit bij onze wortels van onze samenleving hoort. De SGP huldigt standpunten, over homoseksualiteit en vrouwen, die niet de mijne zijn.”

Maar die blazen geen mensen op.

„Volstrekt verwerpelijk. Dat moeten we bestrijden. Dat gezegd hebbende moeten we er vanuit gaan dat we dit soort extremen in onze samenleving hebben en in iedere religie. Dit heeft de geschiedenis ons ook geleerd.’’

[... ... ...]

Start Omhoog