Start Omhoog

Citaten uit

Rechters begrijpen deskundigen niet

Peter J. van Koppen, NRC Handelsblad 10 april 2006

[...]

Rechters worden bij beslissingen in strafzaken met steeds grotere regelmaat geconfronteerd met vragen waarvoor zij deskundigen moeten raadplegen. Dat is nodig omdat rechters nu eenmaal juristen zijn en weinig of geen kennis hebben van onderwerpen als de psychische toestand van de verdachte, [... enz ...].

Als de deskundige zijn rapport heeft uitgebracht en ter terechtzitting heeft toegelicht, ontstaat een paradoxale situatie. De rechter moet namelijk vervolgens beslissen of hij de bevindingen van de deskundige voor het bewijs gebruikt. Hij moet dus beoordelen of de deskundige zijn werk goed heeft gedaan, of hij de juiste methode heeft toegepast en of een andere deskundige niet tot andere conclusies zou zijn gekomen. Dat oordeel is alleen goed mogelijk als de rechter verstand heeft van het wetenschapsgebied van de deskundige. En dat heeft de rechter nu net niet, want hij heeft de deskundige niet voor niets benoemd.

Het komt regelmatig voor dat rechters deskundigen verkeerd begrijpen of hun conclusies kritiekloos overnemen, zonder dat zij eerst de juiste vragen hebben gesteld. Zo worden rapportages van forensisch psychiaters geaccepteerd, terwijl zij onbegrijpelijk jargon hanteren en onlogische conclusies trekken.

[...]

De paradox is niet oplosbaar, maar kan wel worden verzacht. De deskundige kan zich inspannen alles zoveel mogelijk in lekentaal uit te leggen.

[...]

De paradox wordt natuurlijk deels opgelost als rechters - en in hun voetspoor officieren van Justitie en strafrechtadvocaten - voldoende kennis zouden hebben van de wetenschapsgebieden van de deskundigen. De juridische faculteiten zouden die kennis moeten bijbrengen aan de studenten, vindt mijn Maastrichter collega Hans Crombag. Dat stuit echter op het feit dat er een zeer groot aantal forensische deskundigheidsgebieden zijn.

[...]

Wellicht is het helemaal niet nodig dat rechter, officieren van Justitie en advocaten van elk van die vakgebieden iets weten. Maar zij moeten wel wetenschap in het algemeen kunnen waarderen. De opleidingen aan de Nederlandse juridische faculteiten zijn nu vrijwel uitsluitend erop gericht de studenten het Nederlands recht bij te brengen. Zij leren niets over methoden en technieken van empirisch onderzoek, zij leren niets over wetenschapsfilosofie, zij leren niets over de manier waarop in wetenschappelijke kringen bevindingen van onderzoek worden gewaardeerd en bediscussieerd.

De juridische faculteiten hebben zo langzamerhand alles wat riekt naar wetenschap buiten de deur gesloten. Vakken als forensische psychologie, criminalistiek, wetenschapsfilosofie en rechtspsychologie zijn onbekend in de meeste faculteiten en leiden in andere een marginaal bestaan.

Zolang die toestand voortduurt, blijven rechters deskundigen verkeerd of niet begrijpen. En dat is zorgelijk in een tijd dat getuige-deskundigen een steeds grotere rol gaan spelen en gebleken is dat verkeerd begrijpen van deskundigen in zaken als de Schiedammer Parkmoord, de Puttense Moordzaak en de Deventer Moordzaak heeft geleid tot dubieuze veroordelingen.

[...]

Dr. P.J. van Koppen is verbonden aan het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving in Leiden, hoogleraar rechtspsychologie aan de Universiteit Maastricht en de Vrije Universiteit Amsterdam en president van de European Association for Psychology and Law.

Start Omhoog