Citaten uit

Als ik drink, besta ik

Als ik niet drink, ben ik saai, ongezellig en niet spannend

Eveline Brandt, Trouw 30 december 2006

[...]

Ik drink, dus ik besta – in de ogen van mijn vrienden, kennissen, collega’s. Drink ik niet, dan ben ik saai. Dan ben ik zeker van de blauwe knoop. Dan ben ik ongezellig. Een kneus. Een spelbreker.

„In onze maatschappij is drinken bijna een sociale must”, zegt Romeo Ashruf, verslavingsarts bij Brijder Verslavingszorg, onderdeel van de Parnassia Groep. „[...] Haast alle associaties die wij hebben met alcohol zijn positief. Wie niet drinkt is kleurloos, niet spannend, niet interessant en hoort er niet bij. Daardoor voelen mensen zich haast gedwongen om mee te doen.”

Ashruf ziet dit vaak bij pubers. Laatst nog kreeg hij een meisje van veertien in zijn kliniek in Zoetermeer.

„Ze had de zaterdag ervoor zoveel gedronken dat ze straalbezopen thuiskwam. Haar moeder heeft haar meegesleept naar de huisarts en die zei: breng dat kind maar naar de verslavingsinstelling. Ik vroeg: waarom heb je zoveel gedronken, kijk wat het allemaal teweeg heeft gebracht. Waarop ze antwoordde: ik wilde niet als enige van mijn vrienden niet meedrinken. Dit argument hoor ik overigens net zo goed van volwassenen, uit alle sociale milieus, van jong tot oud.”

Waarom zien wij alcohol massaal als iets doodnormaals?
[...]

„Omdat we er te weinig van weten”, zegt Ashruf. „De positieve kant kennen we allemaal, maar over de negatieve gevolgen willen we niets horen. Ik word vaak uitgenodigd om ergens over drugs te komen spreken; als ik dan over drank begin, zeggen mensen letterlijk: daar zijn we niet voor gekomen. Dat onterechte onderscheid tussen drank en drugs maakt de overheid – daar begint het al. Terwijl alcohol de grootste drug is die we hebben en de meeste medische, sociale en maatschappelijke problemen geeft.”

[...]

„Zodra mensen meer dan twee consumpties per dag drinken, komen de negatieve gevolgen op de voorgrond. Het remt de afweer, het kan hart, lever, maag beschadigen. Alcohol is een sluipmoordenaar. Je merkt er weinig van omdat het verdooft, maar ondertussen maakt het jouw zwakke plekken langzaam maar zeker kapot. Tegen de tijd dat je daar last van krijgt, is het vaak al te laat om er nog wat aan te doen. Andere drugs zoals heroïne en cocaïne laten mensen in korte tijd aftakelen. Dat wordt niet geaccepteerd, dan ben je een junk. Daarom komt het probleem bij dit soort drugs veel sneller aan de oppervlakte.”

Maar drank is ’gewoon’, ’gezellig’ en natuurlijk ’genieten’.
[...]

"De algemene opvatting is niet: alcohol is slecht en jij bent goed dat je ermee stopt. Maar: alcohol is normaal dus als jij er niet goed mee kunt omgaan, ligt het wel aan jou. Jij bent dan de loser.”