Start Omhoog

Citaten uit

Imams in opspraak

Veroordeling haatzaaiende uitspraak is een hele toer

Trouw, 2002-06-19

,,Deze imams wakkeren de angst voor moslims aan'', vindt het PvdA-kamerlid Khadija Arib. Zij is van Marokkaanse afkomst en ijvert al twintig jaar voor de emancipatie van Marokkaanse vrouwen in Nederland. Minister Van Boxtel (D66) vindt de uitlatingen in strijd met de Nederlandse rechtsorde. Maar vindt de rechter dat ook?

Voor minister Van Boxtel (D66, integratiebeleid) lijdt het geen twijfel. De imams van wie het televisieprogramma 'Nova' vorige week delen van hun vrijdagpreek uitzond, hebben 'laakbaar' gehandeld. Hun uitlatingen 'van ten dele politieke aard' zijn 'algemeen als ophitsend ervaren'. Hun uitleg van koranteksten staat 'op gespannen voet' met de Nederlandse wet.
Dat schrijft Van Boxtel aan de burgemeesters van Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Tilburg.

,,Niet alleen stellen zij zich kennelijk vijandig op ten opzichte van onze democratische rechtsorde; maar ook geven deze imams hun volgelingen in, zich afzijdig te houden van deelname aan onze samenleving.''
[...]
,,Hun (de minister bedoelt hier de imams in kwestie, red.) zullen de grenzen van de vrijheid van meningsuiting en van godsdienst en levensovertuiging duidelijk gemaakt moeten worden'', aldus Van Boxtel in zijn brief.

[...] Op verzoek van de CDA-fractie beloofde Van Boxtel een brief over de verhouding tussen de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van godsdienst en het non-discriminatiebeginsel, zoals die alle drie zijn vastgelegd in de Grondwet.

Want Van Boxtel mag dan van de burgemeesters verlangen dat zij het de imams allemaal uitleggen; de landelijke politiek worstelt zelf al langer met de onderlinge spanning tussen de verschillende grondrechten.

De volgorde waarin ze in de Grondwet staan genoemd, biedt geen houvast. Artikel 6 (godsdienst) is niet belangrijker dan 7 (meningsuiting), omdat het eerder wordt genoemd. Dan zou het er met een andere zwaar bevochten vrijheid, die van onderwijs, niet best voorstaan. Die wordt pas in artikel 23 genoemd.

[...] Korthals liet het vorig jaar bij een schriftelijke beschouwing als onderdeel van een wetsvoorstel om de maximumstraf op discriminatie in bepaalde gevallen te verdubbelen naar twee jaar cel.

Die beschouwing leunt zwaar op het Europees verdrag voor de rechten van de mens en de jurisprudentie van het gelijknamige hof. Ze leert dat het niet onmogelijk is, maar wel een hele toer, om iemand veroordeeld te krijgen wegens als discriminerend of haatzaaiend beschouwde uitspraken. Hoewel de vrijheid van meningsuiting en die van godsdienst niet onbeperkt zijn, staan ze ijzersterk.

Zo heeft het hof uitgesproken dat bij vrijheid van godsdienst ook hoort dat iemand in woord en daad getuigt van zijn religieuze overtuiging. Vers in het geheugen ligt nog de vrijspraak, in maart van dit jaar, van de Rotterdamse imam El-Moumni. Hij was aangeklaagd wegens discriminatie van en aanzetten tot haat tegen homoseksuelen. De Nederlandse rechter vond de uitspraken op zichzelf strafbaar, maar honoreerde het beroep op de vrijheid van godsdienst.

Ten aanzien van de vrijheid van meningsuiting heeft het Europese hof voor de rechten van de mens herhaaldelijk aangegeven dat de bescherming daarvan ook geldt voor denkbeelden die 'de staat of een deel van de bevolking beledigen, schokken en verstoren'.

Gezien de verontwaardigde reacties op de uitspraken van de imams is dat precies wat hier is gebeurd.

 

Start Omhoog